Gold Stars op Brooklands
.Op 30 juni 2014 werd op het circuit van Brooklands herdacht dat precies 75 jaar geleden Wal Handley met zijn BSA Empire Star een ronde heeft afgelegd met een gemiddelde snelheid van meer dan 100 mijl/uur. Dat leverde hem (en BSA) de felbegeerde Gold Star van Brooklands op. (Voor het hele verhaal, zie Rockateer nr.58)
Busjestreffen
Als BSA-liefhebber mocht ik deze bijeenkomst natuurlijk niet missen. Op donderdag 28 juni bond ik mijn tent en slaapzak op de A10 cafe-racer en vertrok om 7.00 uur naar Duinkerken. Het was prachtig weer en precies volgens schema arriveerde ik bij de ferry. Een week eerder had ik E-mail contact gehad met de secretaris van de Gold Star Owners Club, die mij uitnodigde bij hen te kamperen op het veld van de plaatselijke rugby club. Toen ik omstreeks 19.00 uur op de kampeerplek aankwam, waren alleen enkele bestuursleden en vrienden aanwezig. Voorzitter Ron en vice-voorzitter John verwelkomden me en waren stomverbaasd dat ik “helemaal” uit Nederland kwam en die dag circa 550km had gereden. Toen ik Ron vroeg of er ergens in de buurt een eetgelegenheid was, bood hij aan (in zijn camper) een pizza voor me klaar te maken. Zo’n gastvrij aanbod kon ik natuurlijk niet afslaan. De avond hebben we, met alle negen campinggasten, genoeglijk doorgebracht in het clubhuis, in goed gezelschap van diverse glazen London Pride. Er was geen programma voor de vrijdag want dat was “arrival-day”. Ik had niets anders te doen en besloot naar Brooklands te gaan en het museum te bekijken. De volgende dag zouden de Gold Stars daar worden opgesteld en
zou het druk worden. Daarom kwam het goed uit dat ik op vrijdag op mijn gemak het museum kon bezichtigen. Bij terugkomst op de camping had ik verwacht dat het terrein vol zou staan met BSA’s en tentjes maar het was omstreeks vier uur in de middag nog bijna net zo rustig als ‘s morgens. Tegen het einde van de middag kwam daar verandering in en reden de busjes, campers en caravans het terrein op. Een enkeling arriveerde rijdend op de motor, maar 95% van de deelnemers bracht de Gold Star met de auto. Aangezien ze daar (vaak met hun vrouw) in sliepen was dat natuurlijk wel praktisch, maar ik vroeg me af waar de ouderwetse motorrijdersmentaliteit gebleven was. Die was blijkbaar ingeruild voor het gemak en het komfoor van een huisje op wielen. De motoren die ‘s avonds uit de busjes werden gehaald, werden nog eens extra gepoetst zodat ze glommen “as peerdekeutels in de maneskain”. Het leek wel of ik bij de Gold Star Poetsers Club terecht was gekomen. De motorrijders van weleer waren jongetjes (van mijn leeftijd) geworden die hun speelgoed kwamen laten zien. Het voordeel hiervan was wel dat ze hun busjes hadden afgeladen met voedsel en drank en ik werd die avond bij Simon en John uitgenodigd om mee te eten en vooral mee te drinken. Het werd dus weer een gezellige avond.
Weinig buitenlanders
Zaterdag was de grote dag. Om negen uur vertrokken we in colonne naar Brooklands. Het was een ritje van slechts tien kilometer maar het was wel een indrukwekkende optocht van circa 70 Gold Stars en enkele andere modellen. Veel andere deelnemers logeerden in B&B’s of in hotels en toen alle motoren op het binnenterrein van het museum stonden opgesteld, hadden de medewerkers van het museum 270 machines geteld. Het was opvallend dat er nauwelijks buitenlanders aanwezig waren. Op de camping was ik de enige vastelander maar bij Brooklands kwamen Anton en Brigitte aanrijden op hun Gold Star. Verder heb ik een Zwitsers stel ontmoet en de voorzitter van de Franse BSA Club was aanwezig. Het belangrijkste programma-onderdeel was natuurlijk het bestuderen van elkaar motoren, informatie uitwisselen en museumbezoek. Als je op een bijeenkomst één Gold Star ziet is dat heel bijzonder maar als je er 270 bij elkaar ziet staan begint het gewoon te worden. Dat neemt niet weg dat er een aantal bijzondere modellen bij waren en dat het altijd interessant is om de verschillen te bestuderen. Nr. 102, de tweede Gold Star, die is gebouwd, was aanwezig (de eerste is lang geleden al verloren gegaan). Daarnaast waren er twee replica’s van de Empire Star waarmee Wal Handley het felbegeerde speldje heeft verdiend, een aantal vooroorlogse M24’s en natuurlijk ZBs’ BB’s, CB’s, DB’s en DBD’s, van na de oorlog. Ook stonden er diverse A10 Rocket Gold Stars en look-a-likes. Deze imitaties bleken in sommige gevallen te zijn gebouwd in een B31-frame of het waren Road Rockets of Super Rockets, voorzien van een Gold Star tank en andere GS-onderdelen. Voor de kenners was het een sport om de echte van de replica’s te onderscheiden. Ook diverse motoren uit de museumcollectie konden op het binnenterrein worden bewonderd. Daarnaast waren er een stands van het Ace Cafe, van de Gold Star Owners Club en van de BSA Owners Club en er stond een tijdschriftenstand. Het meest spectaculaire programma-onderdeel was de beklimming van Test Hill. Deze werd vroeger gebruikt om de motoren te testen, nu konden waaghalzen hier hun durf tonen. Het verraderlijke aan deze bergweg was het feit dat de helling steeds steiler werd en dat de weg, op de top, een haakse bocht maakte. Je kon dus niet vol gas naar boven stormen want dan zou je rechtdoor, met beide wielen van de grond, tegen een gebouw aanvliegen. Desondanks gingen veel Gold Star rijders de uitdaging aan. ’s Middags konden de liefhebbers op de foto, onder de vleugels van een afgedankte Concorde. Ik nam aan dat dit een professionele foto-shoot zou zijn maar dat bleek niet het geval. De Gold Star owners stelden zich in groepjes van circa 15 motoren op bij het gedenkteken van Brooklands en iedereen die zin had kon dan een foto maken. Rond een uur of vier werden de meeste Gold Stars gestart en begon het terrein langzaamaan leeg te stromen.
Het viel me op dat redelijk veel Gold Stars aan de moderne tijd zijn aangepast en van een startmotor zijn voorzien. Dat is het logische gevolg als de rockers van weleer oude mannetjes met stramme knieën zijn geworden. Maar, ze waren en wel ,die oude rockers! Op de camping had een slager inmiddels een speenvarken aan het spit geregen en toen het etenstijd was konden alle campinggasten hun bord vullen met heerlijke salades en een broodje speenvarken. Als toetje was er “pudding” maar wij noemen dat: diverse soorten taart. Besprenkeld met een glas wijn of bier, genoten de deelnemers van deze eenvoudige doch voedzame maaltijd. Het spreekt voor zich dat de avond in gepaste gezelligheid werd doorgebracht. Die avond probeerde Dave deelnemers te ronselen voor een klein toerritje op zondagochtend, waarschijnlijk met het idee dat die Gold Stars toch ook eens moeten rijden.
Sunday Ride
De Sunday Ride ging naar Newland’s Corner in Guildford, een bezoekerscentrum van een fraai natuurgebied, met een terras, een buitenbar en een prachtig uitzicht over het heuvellandschap. Dit bleek te fungeren als bikerscafe waar veel motorrijders uit de omgeving op zondagochtend thee (we zijn tenslotte in Engeland) kwamen drinken. Bij aankomst vulden de circa 25 BSA’s een groot deel van het parkeerterrein. Toen ik naast al die fraaie BSA’s een groep moderne motoren zag staan, bedacht ik me dat die moderne dingen toch wel spuuglelijk zijn. Vroeger was alles beter; dat bleek hier weer. Na “a mug of tea” en een pauze van drie kwartier trapten we de motoren weer tot leven. Op de terugweg reden we een stukje over de M3 met het idee dat we dan het gas eens flink zouden kunnen opendraaien en de Gold Stars lekker konden brullen. Helaas was het op de snelweg drukker dan verwacht en daarbij begon het licht te regenen. Voorzichtigheid was geboden en we kwamen nauwelijks boven de 130 km/uur. Het eindpunt van de rit was (weer) Brooklands. Ik heb daar nog een beker koffie gedronken en ben daarna terug naar de camping gereden om mijn tentje af te breken en me klaar te maken voor vertrek. Ik had geen haast want ik wilde die zondag in Folkstone kamperen om de volgende dag een toerrit door Kent te kunnen rijden. De ferry van dinsdagochtend bracht me terug naar het vasteland en na een snelle en droge rit door België en onze zuidelijke provincies, kwam ik om half zeven thuis. Moe maar heel voldaan kon ik terugzien op een fantastisch weekend. Gedurende de Gold Star Meeting was het prachtig weer, alleen op zondagmiddag heeft het flink geregend maar toen was ik onderweg naar Folkstone en had ik dus niet zoveel last van de regen. Ik was onder de indruk van de gastvrijheid van de Engelsen. Hoewel wij elkaar nooit eerder hadden ontmoet, werd ik ontvangen alsof we al 30 jaar goede vrienden zijn. Net zo belangrijk was het feit dat de BSA draaide als een Zwitsers uurwerk en geen klap heeft gemist. Kortom, het was een van de beste evenementen die ik de afgelopen 40 jaar heb bezocht, met dank aan de Gold Star Owners Club.
Door: Ad van Boheemen